top of page

Privétrainingen in het hockey: vooruitgang of individualisme?

  • Foto van schrijver: GRGT
    GRGT
  • 6 okt 2024
  • 5 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 7 okt 2024

Enkele jaren geleden waren privélessen in het hockey bijna onbestaand, maar nu duiken ze op in verschillende clubs. Niet iedereen is hier even enthousiast over, vooral ouders en teamgenoten kijken er soms met gefronste wenkbrauwen naar. Hoe moeten we dit fenomeen interpreteren? Tijd voor een analyse!


Maandag, 17u30, in een club in de Brusselse rand. De jongerentrainingen zijn al begonnen en de velden zijn volledig ingenomen door enthousiaste hockeyers. Op één na: daar traint één speler alleen, onder het wakend oog van een welbekend gezicht uit het Belgische hockey. De jonge speler volgt een privéles van een Red Lions-kopstuk en krijgt persoonlijke tips. Maar hoe kijken de anderen daartegenaan? Een vader, niet helemaal negatief, fronst toch de wenkbrauwen: “Hockey is toch een teamsport. Het voelt vreemd om iemand alleen te zien trainen en privéadvies te krijgen. Het lijkt zo individualistisch.”

 

Jeremy Caenen, oprichter van Ballostick, een van de eerste academies bij Waterloo Ducks, legt het uit: "Vroeger kwamen jongeren gewoon naar de club, speelden ze op het veld terwijl ze wachtten op hun ouders of voor hun eigen training. Ze sloegen een balletje zonder dat iemand hen dat opdroeg. Tegenwoordig, door de toename van het aantal leden, is er nauwelijks nog vrije tijd of ruimte voor die spontane momenten. Het komt ook minder vaak voor dat jongeren hun ouders vergezellen naar hun match."

 

Maar Caenen benadrukt dat de vraag naar privélessen niet uit het niets kwam. “Het waren de ouders die enkele jaren geleden spelers uit de eredivisie vroegen of ze hun kinderen extra training konden geven. Zo ontstonden die sessies, maar wel wat rommelig: ze gebeurden op willekeurige momenten, zonder afstemming met de clubs. Wij hebben daar structuur in gebracht door de lessen te centraliseren en een schema te maken dat niet interfereert met de algemene trainingen.”

 

Individuele kwaliteit dient het team

Het blijft een onderwerp dat reacties uitlokt, en dat is niet vreemd. Op het eerste gezicht lijkt het niet stroken met het idee van een teamsport om apart te trainen. Maar vraag het aan elke coach in de eredivisie: hard werken is een must. Zelfs de Red Lions trainen individueel. Spierversterking, fysieke conditie, mentale voorbereiding, voeding—het zijn allemaal aspecten die individueel worden aangepakt. Waarom zou techniek dan anders zijn? Een betere speler betekent immers een beter team.

 

De coach heeft als taak het team als geheel te laten functioneren: automatisme creëren, vaardigheden aanscherpen en groepscohesie bevorderen. Maar hij kan onmogelijk zestien spelers individueel begeleiden op hun tekortkomingen, zoals shots, flicks, slaps of 3D-spel. Vroeger keken de jongeren naar de eredivisiespelers en probeerden ze zelf na te doen wat ze zagen. Vandaag zijn het diezelfde spelers die hen de fijne kneepjes van het vak leren in privélessen.

 

10.000 uur oefening en herhaling

De verantwoordelijke van Roze Hockey, een andere prestigieuze academie, bevestigt hetzelfde verhaal: talent is slechts een deel van de puzzel. Het echte verschil wordt gemaakt door hard werk. Tijdens een wedstrijd raak je maar een paar minuten de bal, op een totaal van 70 minuten speeltijd. Dat is simpelweg niet genoeg om je techniek te perfectioneren. Het geheim zit in de vele uren die je buiten de wedstrijd om besteedt aan het verbeteren van je vaardigheden.

 

De Zweedse onderzoeker Anders Ericsson ontdekte dat je ongeveer 10.000 uur oefening nodig hebt om ergens meester in te worden. Twintig jaar onderzoek naar schakers en muzikanten leidde hem tot die conclusie. Het idee dat de meest getalenteerde vanzelf aan de top komen, is een mythe. Het is de bewuste, constante oefening die het verschil maakt. Elke keer dat je een beweging herhaalt, train je niet alleen je lichaam, maar ook je brein. Neurale verbindingen worden sneller en efficiënter, en creativiteit en inspiratie volgen vanzelf. Voor wie het in cijfers wil zien: om die 10.000 uur te halen, moet je zes jaar lang vijf dagen per week acht uur per dag oefenen. Het pad naar meesterschap is dus lang. Geen wonder dat de veteranen met hun decennia ervaring vandaag de dag "Masters" worden genoemd.

 

Wat ook opvalt, is dat vaak wordt gedacht dat het de ouders zijn die hun kinderen pushen om privélessen te volgen. Toch is dat zelden het geval. Zowel bij Ballostick als bij Roze komen de aanvragen meestal van de kinderen zelf. Deze jonge spelers hebben een enorme passie voor hockey en willen meer leren, meer doen. Waarom zouden we hen dat ontzeggen?

 

Bij Roze worden altijd concrete doelen gesteld. Het gaat hier niet om losse lessen of sessies voor de allerkleinsten. De lessen richten zich op jongeren die al een bepaald niveau hebben en dat nog verder willen opkrikken. Realistische, haalbare doelen worden vastgesteld, en het traject wordt voortdurend geëvalueerd en aangepast.

 

Jonge leeuwen die willen brullen

Deze privélessen hoeven echter geen wekelijkse gewoonte te worden. Ze kunnen perfect dienen als een 'booster', een intensieve sessie om nieuwe technieken aan te leren of specifieke vaardigheden bij te werken. Na zo’n sessie is het aan de speler om zelf verder te oefenen. Een privéles met een coach kost zo’n 55 euro per uur, en voor een sessie met een Red Lion betaal je ongeveer 70 euro. Deel je de sessie met twee of drie spelers, dan daalt de prijs per persoon. Is 70 euro voor een training met een wereldkampioen, Europees kampioen en olympisch medaillewinnaar echt te veel? Het lijkt eerder een fantastisch cadeau voor een hockeygek kind.

 

Na de les is het aan de speler zelf: het harde werk moet komen van hun inzet op het veld. Want de geschiedenis van onze nationale hockeyhelden is er een van zwoegen, tranen en liters zweet.

 

Afgunst of ambitie?

De vraag is simpel: moeten we een kind dat ervan droomt om de top te bereiken de kans ontnemen om te leren van degenen die daar al zijn? Hoe hard de coach ook zijn best doet, hij zal het individuele werk nooit kunnen vervangen. Het pad naar 10.000 uur oefening en de beheersing van het spel vraagt om toewijding en herhaling. Het geheim van succes? Niet het meeste talent, maar wel de meeste inspanning.

 

Het debat over privélessen zal blijven bestaan, maar in een steeds competitievere sportwereld is het antwoord eigenlijk al duidelijk. Wie beter wil worden, moet investeren in zichzelf. En zolang die ambitie gepaard gaat met respect voor de teamgeest, hoeft er geen spanning te zijn tussen privétrainingen en de club. Elk kind verdient de kans om het beste uit zichzelf te halen, en soms betekent dat net dat beetje extra hulp van een expert.

En laten we niet vergeten: ook onze Red Lions zijn niet alleen beter geworden door met hun team te trainen. Het zijn de duizenden uren individuele inspanning die hen tot de wereldtop hebben gebracht. Dus waarom zouden we onze jonge leeuwen, die willen brullen op het hockeyveld, diezelfde kans ontzeggen? Misschien staat de volgende olympische kampioen wel op dat veld, nu nog alleen aan het zweten, maar met het vuur van een Red Lion in zijn ogen.

Comentarios


Ya no es posible comentar esta entrada. Contacta al propietario del sitio para obtener más información.
bottom of page