top of page

La Gantoise aan de top, de PC als kernwapen

  • Foto van schrijver: gauthier
    gauthier
  • 26 mei
  • 3 minuten om te lezen

La Gantoise kroonde zich dit seizoen voor de vierde keer tot kampioen van België en zet zo een indrukwekkend parcours verder dat in 2017 nog in Eerste Nationale begon. Dankzij de chirurgische precisie van Alexander Hendrickx op strafcorner en het tactisch meesterschap van Pascal Kina, schuift de Gentse ploeg stilaan naar de absolute top. Maar dit succes legt ook een opvallende trend bloot: in zowel de halve finales als de finale maakten strafcorners het verschil. Het open spel? Dat moest vaak wijken. Tijd voor een debat: moet het evenwicht tussen stilstaande fases en veldgoals herbekeken worden om het hockey aantrekkelijker te maken?


ree

In 2017 speelde La Gantoise nog in Eerste Nationale. Sindsdien heeft de club een steile klim doorgemaakt. Met een doordachte jeugdwerking, een ambitieuze visie en de komst van Belgische toppers groeiden de Buffalos uit tot een gevestigde waarde in het nationale en internationale hockey.


Drie landstitels op rij (2023, 2024, 2025), een klinkende overwinning in de Euro Hockey League tegen Bloemendaal (5-2) en binnenkort misschien ook de Beker van België: La Gantoise staat op het punt een historische trilogie te voltooien.


Achter dit succes schuilt uiteraard een ploeg, maar ook een wapen en een man: Alexander Hendrickx. Na zijn terugkeer naar de Belgische competitie dit seizoen, groeide de international meteen uit tot de dodelijke factor van de Gentenaars. In de halve finales tegen de Watducks kwamen álle goals voort uit strafcorners. Idem in de finale tegen Léopold, waar enkel PC’s en een goal van Masson de score voedden.


ree

Die efficiëntie is geen toeval. Coach Pascal Kina, ex-bondscoach van de Red Panthers en ondertussen tweevoudig kampioen met La Gantoise, is de strateeg achter het succes. Kina staat bekend om zijn tactische discipline en neus voor details. Hij wist perfect hoe hij Hendrickx moest benutten, en zette elke stilstaande fase om in een dodelijke kans.


ree

G-Force: twaalfde man in het blauw

De tribunes trilden het hele seizoen op hun grondvesten. De G-Force, het trouwe legioen van supporters, gaf de ploeg vleugels. Steeds present, in het blauw gekleed en gewapend met trommels, creëren ze in Gent een zinderende sfeer die het team letterlijk boven zichzelf doet uitstijgen.


ree

Strafcorner: geniale vondst of gevaarlijk monster?

Toch werpt de dominantie van de strafcorner vragen op. In het moderne hockey is de PC zó krachtig geworden dat het spel soms tot die ene fase herleid wordt. De "slaps" van Hendrickx tikken vlotjes boven de 120 km/u aan – haast onhoudbaar, zelfs voor zwaar gepantserde verdedigers.


Begin dit seizoen werd een speler van Racing nog ernstig geraakt, ondanks zijn bescherming. De strafcorner, ooit bedoeld als sanctie voor een zware fout, is vandaag een uitgekiende aanvalswapen. Teams oefenen er wekenlang op om haast automatisch te scoren.


Het doet denken aan wat rugby meemaakte in de jaren ’90: om aantrekkelijker te worden, gaf de internationale bond meer waarde aan tries dan aan penalty’s of drops. Ook vandaag wordt het spel bijgestuurd, bijvoorbeeld met de "50:22"-regel, om het spel sneller, opener en veiliger te maken.


Moet het hockey zijn huiswerk herdoen?

Nu hockey steeds vaker op televisie komt, wordt de zichtbaarheid van het spel cruciaal. En daar knelt het schoentje. Want een bal die met 120 km/u wordt afgevuurd, is zelfs voor de scherpste camera’s amper te volgen. Het publiek – én soms zelfs de bank – beseft pas dat er gescoord is bij het horen van de plank of het zien trillen van het net.


De gladiatorenact van verdedigers die zich 45 seconden lang inplooien voor één explosieve fase levert weliswaar Hitchcockiaanse spanning op, maar zonder slow motion of meerdere camerahoeken mist het publiek de essentie. In sommige internationale competities, zoals de Hockey India League, werd geëxperimenteerd met een puntenverschil: goals uit het spel telden dubbel tegenover die uit PC. De PC bleef een tactisch wapen, maar het veldspel werd beloond.


La Gantoise als voorbeeld van succes… én aanleiding tot reflectie

La Gantoise verdient alle lof. In minder dan tien jaar tijd groeide de club van Eerste Nationale uit tot een Europese topper, met een palmares dat kan tellen. Vier Belgische titels, een eerste Europese bekroning in de EHL en misschien straks ook de beker: het is het resultaat van een helder, ambitieus en feilloos uitgevoerd plan. Dikke pluim voor de Buffalos, hun bestuur, de staf, de spelers… en natuurlijk de G-Force.


Maar deze lofzang mag het debat niet overschaduwen. Vandaag volstaat het haast om een strafcornerkanon als Hendrickx in huis te hebben om met anderhalf been in de finale te staan. Morgen zal elke club op zoek gaan naar zijn eigen “Alexander”. En dan dreigt het spel zijn ziel – én zijn aantrekkingskracht – te verliezen.

Opmerkingen


bottom of page