top of page

Zien jongeren rood op de groene mat?

  • Foto van schrijver: gauthier
    gauthier
  • 20 okt 2024
  • 4 minuten om te lezen

Bijgewerkt op: 23 okt 2024

Pesterijen, agressiviteit, verbaal en soms zelfs fysiek geweld zijn vaak terugkerende onderwerpen in de media als het over jongeren gaat. Maar hoe zit dat in hockey? Zien we ook zulke ontsporingen in onze sport, die toch hoog inzet op waarden zoals fair play en kameraadschap?

Een recente studie (september 2022), gepubliceerd in het International Journal of Environmental Research and Public Health, toont een alarmerende toename van interpersoonlijk geweld in de sport. De vormen variëren, en de studie meldt psychologisch en fysiek geweld waar veel jonge atleten mee te maken krijgen. Maar liefst 70% van de ondervraagde jongeren rapporteert geweld door hun leeftijdsgenoten, wat het belang van het onderwerp onderstreept.


Op onze hockeyvelden is het moeilijk om algemene conclusies te trekken. In de U14, U16 of U19 komt het uiteraard wel eens voor dat de gemoederen verhit raken, vooral bij de jongens. Het is niet zeldzaam om aan het einde van een wedstrijd wat scheldwoorden of spot te horen, of twee jongeren die elkaar bij de kraag grijpen. Komt dat door een toename van agressie, of ligt het eerder aan de opkomende testosteron en de bijbehorende gevoeligheden? De meeste ouders zullen voor dat laatste kiezen.


Toch is één van de belangrijkste triggers van agressief gedrag de competitieve sfeer. En ja, in hockey zien we dat deze sfeer steeds sterker wordt, zowel tussen tegenstanders op het veld als binnen eenzelfde team. De plaatsen zijn schaars, en de selectiecommissie herhaalt het vaak genoeg: niet iedereen zal de kans krijgen om in het eerste team, de eredivisie of op de Olympische Spelen te spelen. Toch dromen veel kinderen ervan, en de ouders doen alles om die dromen te helpen waarmaken. De druk wordt dan enorm. Zowel vanuit de club – geen training of wedstrijd mag worden gemist – als vanuit het kind zelf, dat per se wil slagen en zichzelf te veel oplegt. Dat is vaak waar het fout gaat.


De prestatiemotivatietheorie toont aan dat jongeren die gericht zijn op ego en zichzelf willen bewijzen in vergelijking met anderen, meer geneigd zijn tot gewelddadig gedrag om te winnen. Het gaat dan niet meer om teamsucces, maar puur om persoonlijke prestaties, met als enige doel boven de rest uit te stijgen, ongeacht wie die “anderen” zijn.


Natuurlijk is er een groot verschil in druk tussen het eerste team van de club, waar soms zware doelen worden opgelegd aan kinderen van twaalf of dertien jaar, en de vierde, vijfde of zesde teams, waar de spelers vooral samenkomen voor het plezier.


Kaartjes en statistieken, wat leren ze ons? Maar wat vertellen de statistieken ons over kaarten? Krijgen de toekomstige leeuwen tegenwoordig meer kaarten dan vroeger? Dat is moeilijk te zeggen. In de nationale divisies zijn officiële scheidsrechters aanwezig die de kaarten moeten noteren. Maar in de regionale competities (LFH of VHL) is het een ander verhaal. Hier fluiten vaak jongeren of ouders uit de club, en kaarten worden niet altijd consequent genoteerd. Niet uit kwade wil, maar eerder door gebrek aan kennis van de regels, vergeetachtigheid of soms uit een gevoel van medeleven – om het kind dat al van het veld is gestuurd niet nog verder te “straffen”. Dit vertekent echter de gegevens.


Als we bijvoorbeeld naar de recente U16 Boys eredivisiewedstrijden kijken, gefloten door officiële scheidsrechters waar de druk het hoogst is, wat zien we dan? In elk van de zes wedstrijden werden er kaarten uitgedeeld: 15 groene en slechts twee gele. Bij de U19 jongens in dezelfde divisie werden er 13 groene en 4 gele kaarten gegeven. Ja, er is dus zeker gedrag dat bestraft moet worden, maar er zijn geen rode kaarten gevallen, en de gele kaarten zijn ook niet dominant.


Bij de meisjes van dezelfde leeftijd werden 12 groene kaarten uitgedeeld, en in sommige wedstrijden waren er helemaal geen kaarten. Gele of rode kaarten kwamen bij hen niet voor.

De kracht van de groene kaart Er worden dus veel groene kaarten uitgedeeld bij de jeugd, zowel bij de jongens als de meisjes. En is dat niet juist de grote kracht van het hockey? Want daar dient de groene kaart voor! Waarschuwen en voorkomen dat gedrag uit de hand loopt. Door een speler twee minuten uit te sluiten, geef je de scheidsrechter een manier om de controle te behouden en geef je de speler de kans om even af te koelen. Misschien is dat wel de reden waarom wedstrijden officieel beheerst blijven.


Voor ouders, jongeren en scheidsrechters is het essentieel om het belang van deze kaart te begrijpen en niet bang te zijn om hem te gebruiken. Dit impliceert twee dingen: 1. De regels kennen en weten wanneer een fout moet worden bestraft met een kaart. 2. Altijd een kaart op zak hebben wanneer je fluit, en deze tevoorschijn halen wanneer het nodig is. Dit zal niet alleen de speler, maar ook de wedstrijd kalmeren.


Als handelingen snel worden bestraft, blijven de woorden vaak onopgemerkt. Opmerkingen die richting een tegenstander of zelfs een teamgenoot worden gemaakt, blijven soms ongehoord door de scheidsrechter, en die kan ze dus niet bestraffen. En als er iets is dat de laatste jaren toeneemt, zijn het wel de verbale en psychologische agressies, stilletjes geuit, vaak buiten het zicht van de leiding.


Daarom is het cruciaal dat ouders langs de zijlijn het spel kalmeren. De jongeren zijn van nature al heetgebakerd en hebben geen extra opwinding nodig van de zijlijn.


Wat wel bewezen is, is dat jongeren die zich focussen op de taak en hun eigen verbetering, minder geneigd zijn tot geweld. Door de teamgeest te cultiveren en zich te concentreren op hun rol binnen het spel, kunnen coaches en ouders voorkomen dat een wedstrijd ontspoort.

Het is dus belangrijk om hen als team te blijven aanmoedigen en positief te blijven, wat er ook gebeurt. De rest is aan de coach en de scheidsrechter.


En laten we vooral niet klagen als de jongere een groene kaart krijgt – dat is helemaal niet erg en volkomen normaal. Ze zijn jong, ze worden kwaad, en ze leren zich beheersen! Net zoals wij ouders dat ook moeten doen.

 

Comments


bottom of page